Thuisslachting voor kleine dieren toegelaten

Particulieren mogen een varken, een schaap en een geit bij hen thuis laten slachten als ze het vlees voor eigen consumptie gebruiken. Runderen en éénhoevigen moeten daarentegen altijd naar een slachthuis te worden overgebracht. Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) heeft hierover een nieuwe omzendbrief gepubliceerd.

Naast de commerciële slachtingen bestaan in België ook particuliere slachtingen. Het gaat om het slachten van een dier waarvan het vlees bestemd is voor de behoeften van de eigenaar en zijn gezin. Het vlees mag dus niet aan derden worden verkocht of geschonken. Voor kleinere dieren hebben particulieren de keuze tussen een thuisslachting en een slachting in het slachthuis. Grotere dieren moeten altijd, dus ook in geval van particuliere slachting, in een slachthuis worden afgehandeld. Thuisslachtingen moeten minstens twee werkdagen op voorhand bij het gemeentebestuur worden gemeld. Men ontvangt dan een slachtbewijs. Bij een slachting in het slachthuis moet het slachtbewijs bij aankomst van het dier in het slachthuis te worden aangevraagd. Bij een particuliere slachting buiten het slachthuis moet het vlees niet worden gekeurd. Bij een slachting in het slachthuis is dat wel het geval. Het vlees van particuliere slachtingen mag daarna enkel rechtstreeks van het slachthuis naar de woning van de eigenaar worden overgebracht. Voor vlees dat bij controle aangetast is met lintworm mag de particulier het karkas volledig terug overdragen aan de veehouder of een beroep doen op de verzekeraar met wie hij hierover een polis werd afgesloten. Het vlees moet vervolgens worden ingevroren. (Belga)