‘Grote regionale verschillen op vlak van eresloonsupplementen in ziekenhuizen’

Het gemiddelde maximale ereloonsupplement dat ziekenhuizen in ons land aanrekenen bij een eenpersoonskamer, bedraagt 177 procent van het vaste Rizivtarief – het honorarium van de arts dat wordt terugbetaald door de ziekteverzekering. Dat blijkt uit een bevraging van alle ziekenhuizen door het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds (VNZ). Er zijn echter grote regionale verschillen.

Het VNZ stelde naar eigen zeggen vast dat de maximale ereloonsupplementen zowel sterk verschillen tussen ziekenhuizen onderling als tussen de drie gewesten. In Vlaanderen is het gemiddelde maximale ereloonsupplement in een ziekenhuis 141 procent, in Wallonië 206 procent en in Brussel 280 procent. ‘Waar je meer artsen hebt voor minder patiënten, zoeken ziekenhuizen nu eenmaal naar manieren om dat gefinancierd te krijgen’, zegt Jürgen Constandt, algemeen directeur van het VNZ. ‘Bovendien hebben we de indruk dat Brusselse ziekenhuizen lang boven hun stand hebben geleefd.’

Volgens het VNZ worden de ereloonsupplementen ook jaar na jaar hoger. ‘Enkele jaren geleden was het gemiddelde in Vlaanderen nog 120 procent, in Wallonië 180 en in Brussel 225’, zegt Constandt. ‘We vragen de overheid om een wettelijk plafond in te stellen. We moeten dan wel in ruil naar een betere ziekenhuisfinanciering gaan. Een splitsing van de sociale zekerheid is daarnaast ook iets dat wij al lang vragen.’

Het ereloonsupplement dat wordt aangerekend bij een (vrijwillig gekozen) eenpersoonskamer, wordt niet terugbetaald door de verplichte ziekteverzekering. De meeste hospitalisatieverzekeringen dekken het wel, maar die zijn een pak duurder.

Partner Content