Wanneer word je geflitst aan een verkeerslicht?

© Belga
Jan Roodhooft Advocaat

In de praktijk bestaan er heel wat misverstanden over de juiste werking van flitspalen aan verkeerslichten. Wanneer riskeer je daarmee precies te worden geflitst?

Aan heel wat rode lichten staan er flitscamera’s. Maar hoe werken die precies? Flitsen ze ook als je door het oranje of aan een overdreven snelheid rijdt?

Snelheid en rode licht

Een roodlichtcamera werkt meestal met twee lussen in het wegdek. Op het moment dat je met je auto over de eerste lus rijdt, controleert de computer de stand van het verkeerslicht. Hiermee wordt nagezien of je al dan niet door het rode licht reed. Op het moment dat je over de tweede lus rijdt, wordt ook je snelheid gemeten.

Een flitspaal aan een verkeerslicht controleert dus veelal zowel of je door het rode licht rijdt als of je al dan niet te snel rijdt. Je kan dus als je te snel rijdt terwijl het verkeerslicht op groen staat ook geflitst worden.

En bij oranje?

Rij je niet aan een overdreven snelheid, dan flitst zo’n camera pas als het rode licht al minstens één seconde op rood staat. Rij je aan een correcte snelheid door het oranje, dan word je dus niet geflitst. De camera flitst evenmin als je tegen minder dan 30 km/u rijdt.

Wat betreft de snelheid stelt de politie de snelheid in waarop de roodlichtcamera overtredingen begint te registreren.

Vraag de bewijzen op

Word je geflitst en twijfel je of dat terecht is, dan kan je om een kopie van de flitsfoto en het ijkingsattest vragen. Het valt namelijk niet uit te sluiten dat de camera niet volledig correct werkte.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content