Als je een tweedehandswagen koopt bij een garagist heb je minstens één jaar garantie. Koop je deze van een particulier dan geldt dat niet. Wat zijn daar de spelregels?
Enkele maanden nadat je een tweedehandswagen kocht duikt het ene probleem na het andere op. Kan je een particuliere verkoper daarvoor aansprakelijk stellen?
Andere spelregels dan voor garagisten
Als een garagist een tweedehandswagen aan jou verkoopt, speelt de wet inzake de garantie op consumptiegoederen. Volgens die wet moet de garagist je twee jaar garantie geven. Hij kan die termijn contractueel beperken tot één jaar, hetgeen in de praktijk ook veelal gebeurt. Koop je de tweedehandswagen integendeel van een particulier, dan geldt deze wet niet.
Kijk in de overeenkomst
Voor zichtbare gebreken heb je dan geen garantie. Dat zijn gebreken die je bij een eerste nauwkeurig onderzoek van de wagen kon opmerken. Dit is bijvoorbeeld zo voor deuken, krassen, beschadigingen aan de binnenbekleding van de wagen enz. Een particuliere verkoper moet je wel garantie geven voor verborgen gebreken. Je moet dan kunnen bewijzen dat het gebrek voldoende ernstig is en dat het al aanwezig was bij de verkoop. Je moet het ook binnen een korte termijn inroepen.
In de meeste koopovereenkomsten van auto’s staat een bepaling die aangeeft dat de verkoper niet instaat voor verborgen gebreken. Zo’n bepaling is perfect geldig. Je kan de verkoper dan alleen aansprakelijk stellen als je kan aantonen dat hij het gebrek kende maar hij dat bewust verzweeg of zelfs verdoezelde.
Een wagen onder garantie?
Is de wagen die je koopt nog gedekt door een wettelijke garantie, dan kan jij als koper genieten van de resterende wettelijke garantie bij de oorspronkelijke verkoper. Vraag aan jouw verkoper om een kopie van de factuur van zijn oorspronkelijke aankoop.
