‘Overwin je drempelvrees en stap galeries binnen’

Filip Michiels Freelancejournalist

Hoe pakt u het aan als u geen kunstkenner bent en graag een origineel kunstwerk aan de muur of op het dressoir wilt hebben? En is kunst echt onbetaalbaar?

In Brussel loopt de jaarlijkse Affordable Art Fair, van 8 tot 13 februari, op Tour & Taxis, een kunstbeurs die kunst naar eigen zeggen wil democratiseren en toegankelijk maken voor iedereen. Het concept zag in 1999 het levenslicht en telt intussen wereldwijd dertien edities, van Melbourne tot New York en van Amsterdam tot Stockholm. Kunst uit de elitaire sfeer halen en opentrekken naar een breed publiek, daar lijken ook almaar meer online-initiatieven brood in te zien. In eigen land is er onder meer Kunst Aan Zet, een onlineplatform dat meer dan 300 kunstenaars uit 50 galeries in Vlaanderen en Brussel samenbrengt en informatie over die galeries en hun tentoonstellingen bundelt. Je vindt er inspiratie en raakt er vertrouwd met de gangbare prijzen, klinkt het. Niets belet u uiteraard om bepaalde kunstwerken vervolgens ook in het echt te gaan bekijken.

Een Nederlands voorbeeld is Gallerease. Dat onlinekunstplatform wil hoogwaardige kunst afkomstig uit galeries en kunsthandels toegankelijk maken voor een breed publiek van zowel ervaren als beginnende verzamelaars. Intussen zou al een honderdtal galeries en kunsthandels bij zijn aangesloten en worden er ruim 6.500 kunstvoorwerpen aangeboden.

Een andere vaste waarde in Vlaanderen is Kunst in Huis, een soort kunstbibliotheek die al flink wat jaren bestaat en die met twee verschillende collecties zowel op particulieren als op bedrijven mikt. Voor 12 euro per maand kunt u er een kunstwerk lenen uit een collectie van zowat 5.000 werken van Vlaamse en Brusselse kunstenaars. Bijna al die kunstwerken kunt u achteraf ook aankopen.

Eigen ogen

Maar is de kunst die u daar vindt ook betaalbaar voor particulieren die niet meteen over een uitzonderlijk rijk gespijsde bankrekening beschikken? En vooral: hoe en waar begint u het best aan de zoektocht naar een fijn én authentiek schilderij of een ander kunstobject?

“Eigenlijk heb ik maar één echt goede raad”, zegt kunstkenner Marc Ruyters. “Overwin je drempelvrees en stap zo veel mogelijk musea en kunstgaleries binnen.” Na een lange carrière als cultuurjournalist, die hem onder meer bij de De Morgen, Knack, de VRT en De Tijd bracht, stampte Ruyters in 2006 het kunstmagazine HART uit de grond. Hij kan terugblikken op tientallen jaren ervaring in de internationale kunstscene, dweilde al die jaren galeries in binnen- en buitenland af en bouwde intussen zelf een kunstcollectie op.

Als niet-kunstkenner komt het er vooral op aan je zo goed mogelijk te informeren, via alle mogelijke kanalen, benadrukt Ruyters. Het internet biedt op dat gebied steeds meer mogelijkheden, maar kunst moet je volgens hem in de eerste plaats toch vooral ook met eigen ogen zien. “Je mag geen pleinvrees hebben. Durf gewoon een galerie binnen te stappen en vraag de galeriehouder de kleren van het lijf over de werken die je daar ziet. Natuurlijk word je aanvankelijk vaak bedolven onder de verkooppraatjes, maar die kan je counteren door gerichte vragen te stellen.”

“Het grote voordeel van een galerie is ook de duidelijke focus”, aldus Ruyters. “Je kunt daar doorgaans tentoonstellingen van één welbepaalde artiest bezoeken. Je krijgt er bovendien informatie mee. Wie is die artiest? Waar is hij of zij vooral mee bezig? Wat is de achtergrond van een bepaald werk?”

Ik heb nooit kunstwerken gekocht van 10.000 euro of meer. Dat was geen spek voor mijn bek

Kunstkenner Marc Ruyters

Ruyters is als kunstverzamelaar vooral geïnteresseerd in werk van jonge kunstenaars, dat hij vaak nog op de kop kan tikken voor enkele duizenden euro’s. “Ik heb nooit kunstwerken gekocht van 10.000 euro of meer. Dat was geen spek voor mijn bek. Wanneer ik iets mooi vond, ging ik verder graven en begon ik een bepaalde kunstenaar te volgen.”

Maar Ruyters vindt dat mensen ook op intuïtie moeten durven vertrouwen. “Ik heb het vaak meegemaakt dat ik een galerie binnenstapte, me bijna meteen sterk aangetrokken voelde tot één welbepaald werk en prompt naar de galeriehouder stapte met de vraag dat voor mij opzij te zetten. Haast alle werken die hier vandaag bij me thuis hangen, waren impulsaankopen. Maar daarvoor moet je natuurlijk eerst wel wat basiskennis vergaren.”

Onderhandelingsmarge

Blijft de vraag: hoe weet een niet-kunstkenner dat hij of zij voor een bepaald werk niet veel te veel betaalt? “Je kunt bijna altijd over de prijs onderhandelen”, weet Ruyters. “Een kunstwerk is maar waard wat iemand bereid is ervoor te betalen. Ook ik heb al vaak tegen een galeriehouder moeten zeggen dat een bepaald werk om financiële redenen voor mij niet haalbaar was. Ofwel stopt het daar, ofwel blijkt er toch nog wat onderhandelingsmarge te zijn. Een andere mogelijkheid is de betaling op te splitsen in een aantal schijven, gespreid over een aantal maanden. Ik heb nog nooit een galeriehouder ontmoet die daar niet voor openstond.”

Ruyters is niet meteen een groot voorstander van de kunstplatformen en onlinebeurzen die de voorbije jaren als paddenstoelen uit de grond schoten. Er is natuurlijk het puur visuele argument: je moet het werk in het echt zien en ervaren. “Met wat geluk kun je in een galerie de kunstenaar zelf ontmoeten en de galeriehouder kan je altijd bijpraten. Als particulier moet je je enkele vragen stellen alvorens je tot een aankoop overgaat. Wie is de kunstenaar en waar is hij mee bezig? Vind ik het werk mooi? Zit er een bepaald engagement in? En last but not least: wil ik dat werk ook echt aan mijn muur hangen?”

Daarnaast speelt volgens Ruyters ook een tweede argument: koop je in een galerie, dan kun je er ook min of meer zeker van zijn dat het om een origineel werk en geen goedkope reproductie gaat. “Natuurlijk zijn er vandaag almaar meer verzamelaars die hun kunst vooral online aankopen, maar dan gaat het over mensen die ruim voldoende expertise en achtergrondkennis hebben om daar het kaf van het koren te scheiden.”

Limited editions

Blythe Bolton, de directeur van de Affordable Art Fair in Brussel, nuanceert de meerwaarde van een galerie. “Met onze beurs proberen we kunst uit dat elitaire, wat snobberige sfeertje te halen. Heel veel niet-kunstkenners voelen zich onzeker wanneer ze een galerie binnenstappen, net omdat de focus daar toch vooral op kennis en expertise ligt. Alle werken die wij aanbieden, zijn gemaakt door nog levende kunstenaars. Ze krijgen ook systematisch de naam van de kunstenaar én een duidelijke prijs opgeplakt.”

Met onze beurs proberen we kunst uit dat elitaire, wat snobberige sfeertje te halen

Blythe Bolton, de directeur van de Affordable Art Fair in Brussel

Wie op de Affordable Art Fair kunst gaat shoppen, telt daar maximaal 7.500 euro neer voor een werk, maar er is ook een groot aanbod van kunstwerken die niet meer dan 1.000 euro kosten. “Wie naar hier komt, is doorgaans geen expert, maar we lokken heel veel mensen dankzij de open en toegankelijke sfeer. De aanbieders zijn vooral galeriehouders en kunstenaarscollectieven, en zij kunnen kopers dus perfect wat meer vertellen over een bepaald werk. Daarnaast kunnen potentiële kopers tegenwoordig ook online heel veel terugvinden over een bepaald werk of een bepaalde kunstenaar. Maar laat ons ook niet vergeten dat heel wat beginnende kunstliefhebbers in eerste instantie iets kopen omdat ze het mooi vinden. Een absolute garantie kunnen we uiteraard nooit geven, maar we verkopen in principe geen reproducties of replica’s, tenzij in heel uitzonderlijke gevallen: fotoprints of digitale kunst bijvoorbeeld. Die worden soms aangeboden in limited editions, maar in dat geval zal het ook altijd vermeld worden op het prijskaartje.”

Ongeschreven wet

De prijs van een kunstwerk wordt bijna altijd bepaald in samenspraak tussen de kunstenaar en zijn galeriehouder. Marc Ruyters: “Galeriehouders gaan nooit in zee met kunstenaars die ze niet al door en door kennen, zij zijn dus goed geplaatst om de waarde van bepaalde werken in te schatten. Zodra die prijs vastligt, gaat de helft van de verkoopwaarde naar de kunstenaar en is de andere helft voor de galeriehouder. In ruil daarvoor zorgt de galeriehouder voor het transport van de verkochte werken, hij staat in voor ook de uitgave van catalogi en schrijft verzamelaars en critici aan. Zo draagt hij er ook toe bij dat er finaal een bepaalde kunstwaarde ontstaat. Het is een ongeschreven wet in de kunstwereld dat kunstenaars die een galerie hebben geen werk verkopen buiten hun galerie om.” Kunstenaars die geen galerie hebben – en dat blijft de ruime meerderheid – kunt u als particulier via andere kanalen leren kennen en benaderen, eventueel met een atelierbezoek.

Ruyters toont zich geen grote fan van beurzen zoals Affordable Art Fair. Niet zozeer omdat je daar geen echte topkunst vindt. “Het punt is vooral dat ik daar nooit echt geraakt werd door de aanwezige werken. Daar staat tegenover dat zulke beurzen voor sommige mensen misschien effectief een opstapje kunnen zijn naar de kunstwereld. Wie ben ik om te zeggen dat mensen die zo’n beurs bezoeken en met een kunstwerk naar huis gaan zich achteraf bedrogen moeten voelen?”

Lees ook:

Wat moet u weten voor u investeert in een kunstwerk?

“Wie de aankoop van kunst bekijkt als een louter financiële transactie, blijft er het best van weg”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content