Miljoen Vlamingen heeft niet voldoende middelen om op vakantie te gaan

© Getty Images / iStockphoto

In 2019 leefde 15 procent van de bevolking in het Vlaams Gewest in een gezin dat niet voldoende middelen heeft om zich een week vakantie buitenshuis per jaar te veroorloven. Dat komt overeen met ongeveer 1 miljoen personen, blijkt uit cijfers van Statistiek Vlaanderen.

Omdat de EU-SILC-enquête, waarop deze cijfers gebaseerd zijn, recent ingrijpend vernieuwd is, kan niet zomaar de vergelijking gemaakt worden met de resultaten van de voorbije jaren. Wel wordt aangenomen dat het aandeel van personen met vakantiearmoede de voorbije jaren iets lager lag dan in de periode van 2008 tot 2016

Vakantiearmoede treft sommige groepen harder dan andere. De hoogste aandelen waren in 2019 te vinden bij werklozen (46 procent), personen in eenoudergezinnen (37 procent) en personen geboren buiten de Europese Unie (35 procent). Ook bij personen met een functiebeperking (langdurige ziekte, aandoening of handicap) (32 procent), alleenstaanden (27 procent), laaggeschoolden (27 procent) en niet-actieven zonder gepensioneerden (25 procent) ligt het aandeel met vakantiearmoede hoger dan gemiddeld.

Het aantal mensen dat zich geen vakantie kan veroorloven, lag in 2019 ongeveer dubbel zo hoog in het Waalse Gewest (33 procent) en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (28 procent) als in het Vlaamse Gewest (15 procent). België doet het iets beter in vergelijking met het gemiddelde in de Europese Unie. In Kroatië, Griekenland en Roemenië ligt dat aandeel het hoogst. Daar zegt bijna de helft van de bevolking geen week op vakantie te kunnen omwille van financiële redenen.

Partner Content