Eerste hulp bij rente onder nul: ‘Mensen met vermogen zijn meer dan ooit op zoek naar begeleiding’

© Getty Images
Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

Sinds september 2019 betalen de banken 0,5 procent ‘strafrente’ als ze hun cashoverschotten bij de Europese Centrale Bank parkeren. Rekenen de private banken dat door aan hun klanten? En hoe reageren die op de negatieve rente?

We vroegen het aan een twintigtal private banken. Verschillende melden dat ze de voorbije jaren heel wat klanten hebben bijgewonnen. Sommige zullen marktaandeel ingepikt hebben, maar er speelt nog een ander fenomeen. “De markt voor private banking is gegroeid”, zegt Olivier Goerens van Belfius. “Omdat de rente zo laag is, beginnen de spaarders te investeren. Mensen met vermogen zijn meer dan ooit op zoek naar begeleiding. Door de coronacrisis zaten mensen meer thuis en hadden ze tijd om daarover na te denken. ”

Bij Belfius is adviesbeheer weer meer in trek, tegen de markttrend van de jongste jaren in. “De mensen willen betrokken zijn. Ze hebben een eigen mening en willen het laatste woord over wat er met hun geld.” Bij discretionair beheer daarentegen geven de klanten de touwtjes volledig uit handen. Een aantal kleinere private banken zou naar verluidt gestopt zijn met adviesbeheer, omdat het door alle bijkomende regelgeving zeer intensief en te duur is geworden.

‘Omdat de rente zo laag is, beginnen de spaarders te investeren. Mensen met vermogen zijn meer dan ooit op zoek naar begeleiding’

Delen Private Bank, dat al jaar en dag inzet op discretionair beheer, zag in 2020 en 2021 “een mooie instroom van kapitalen van bestaande en nieuwe klanten”. Volgens een woordvoerder zet de lage rente klanten soms aan om beschikbare cash te beleggen voor de lange termijn. Ook de grote koersbewegingen van het voorbije jaar zouden de private bankiers in de kaarten spelen. “In woelige zeeën, is een ervaren kapitein belangrijk.”

Bij KBC Private Banking vormen “jonge ondernemers” een sterk groeiende groep van beleggers. “Zij worden vaak iets sneller geconfronteerd met het effect van de negatieve rente, waardoor ze sneller kiezen voor beleggingsoplossingen.” Philippe Gijsels, hoofdstrateeg van BNP Paribas Fortis Private Banking: “De extreem lage rente maakt het beheren van een vermogen er niet gemakkelijker op. Beleggers onderkennen dat meer en meer en komen naar ons voor oplossingen. Ik denk dat dit voor een stuk de vraag naar beleggingsoplossingen en portefeuillebeheer verklaart.”

De jacht op het rendement

Heeft de lage rente het werk van een private banker moeilijker gemaakt? “Ja”, vindt Stefaan Vandenberghe, de CEO van de vermogensbeheerder Truncus. “Obligatiebeleggers zijn jarenlang verwend geweest met hoge rentevoeten. Daardoor konden ze gemakkelijk hun koopkracht behouden. Vandaag dreigt een rentestijging en verliezen op bestaande obligatieportefeuilles. Wij stellen vast dat beleggers zich gedeeltelijk teruggetrokken hebben uit de obligatiemarkten en het geld deels in aandelen hebben geïnvesteerd en deels in cash hebben laten staan.” Beleggers die kozen voor cash, dreigen nu een negatieve rente aangesmeerd te krijgen.

“Niet echt”, antwoordt Kris Hermie op vraag of de lage rente zijn werk bemoeilijkt. De chief investment officer van de vermogensbeheerder Value Square stipt aan dat de klanten hoofdzakelijk in aandelen beleggen. “Voor het obligatiefonds is het niet vanzelfsprekend om kansen te vinden. We zijn allicht de vreemde eend in de bijt en kopen enkel obligaties met een positief resterend rendement, een relatief korte looptijd en een hoge kredietwaardigheid. Die strategie stuurt ons wat meer richting lokale kampioenen en kleinere emissies, maar tot nader order lijkt ze lonend.”

‘Veel mensen zijn geforceerd op zoek naar rendement’

“Veel mensen zijn geforceerd op zoek naar rendement”, waarschuwt Maarten Rooijakkers, de CEO van Capital At Work. “Dat maakt dat de waarderingen van private equity en vastgoed aan de hoge kant liggen. Je moet de mensen er soms ook voor behoeden dat ze te veel risico nemen. Het risicoprofiel van de klant is het kompas. Een goed uitgebalanceerde obligatieportefeuille, met inflatiegelinkte obligaties en goed uitgekiende looptijden, zal altijd een meerwaarde bieden als buffer bij een crash van de aandelenmarkten.”

Marc Leyder, verantwoordelijk voor het beleggingsadvies bij Van Lanschot, merkt dat na een dalende rentetrend van meer dan dertig jaar meer en meer mensen de zin of zelfs de noodzaak inzien van hulp en begeleiding bij beleggen. “Obligaties hebben tot nu nog goed opgebracht, ook al gaven ze steeds minder rente. De verwachtingen van de klanten liggen soms te hoog. Als mensen hun pensioen naderen, merken ze dat ze er met obligaties alleen niet zullen komen. Maar als ze wakker liggen van koersdalingen van 10 procent of meer, mag je die mensen natuurlijk niet te veel in aandelen laten beleggen.”

Werner Wuyts, beheerder bij de private bank Dierickx Leys, vindt dat het nu wel stilaan doorgedrongen is bij de klanten. “Ze zijn er zich van bewust dat risicoloos beleggen vandaag ook renteloos beleggen is. Oudere klanten berusten er al een paar jaar in dat het veel moeilijker is om het vermogen nog te laten groeien. De meesten weten dat ze mogelijk hun kapitaal beetje bij beetje moeten aanspreken.”

Let op: sparen kan ook geld kosten

Sinds 1 januari mogen klanten van ING België nog maximaal 1 miljoen euro aanhouden op hun spaarboekje. Boven 1 miljoen euro wordt het geld automatisch overgeschreven naar een zichtrekening, waar 0,5 procent intrest op wordt ingehouden. Vanaf 1 juli zakt dat plafond zelfs naar 250.000 euro. Vooral de spaarbanken worstelen met de kloof tussen een wettelijke minimumrente van 0,11 procent op de spaarboekjes en een negatieve rente bij de ECB.

Verschillende private banken geven aan dat mensen bij hen komen om te beleggen en niet om cash op de rekening te laten staan, waardoor het probleem zich niet zozeer stelt. “We rekenen geen negatieve rente aan voor particuliere klanten”, klinkt het bij AXA Bank Belgium, Belfius, BNP Paribas Fortis, Delen Private Bank en KBC. Voor professionele klanten ligt dat doorgaans anders. Aan rechtspersonen wordt de negatieve rente al wat gemakkelijker doorgerekend.

Ook Banque de Luxembourg Belgium kiest ervoor geen negatieve rentevoet toe te passen op cash. “We hopen ons beleid te kunnen behouden, maar er is niet alleen de strafrente bij de ECB. Daarnaast is er een bankentaks van iets meer dan 0,13 procent op alle cashtegoeden bij de Belgische banken”, merkt managing director David Schmidt op. Dierckx Leys rekent de negatieve rente “voorlopig” niet door, maar de Antwerpse private bank sluit niet helemaal uit dat ooit wel te doen. Degroof Petercam en Deutsche Bank houden ook een slag om de arm, zij houden “de ontwikkelingen op de markt in de gaten”. “Vandaag rekenen we nog niets aan, maar als de huidige trend nog maanden of jaren aanhoudt, dan…”, klinkt een nogal veelzeggende stilte bij Pieter De Bisschop van Degroof Petercam.

‘Vandaag rekenen we nog niets aan, maar als de huidige trend nog maanden of jaren aanhoudt, dan…’

“Sinds 1 april rekenen wij die 0,5 procent rente door aan de klanten die meer dan 500.000 euro cash langer dan drie maanden op hun rekening laten staan. Tot voor kort deden we dat niet en dat heeft ons veel geld gekost”, stelt Maarten Rooijakkers van Capital At Work. “Het heeft geen toegevoegde waarde om cash bij ons op de rekening te laten staan. Het gaat om uitzonderingen.” ABN AMRO Bank berekent de negatieve rente voor “een zeer beperkt aantal klanten”. “Het gaat vooral om zakelijke klanten en in enkele gevallen om vermogende klanten die grote hoeveelheden cash aanhouden en weinig tot geen beleggingen hebben.” Ook van Puilaetco is geweten dat het in bepaalde situaties sinds 2019 een negatieve rente aanrekent aan klanten met meer dan 5 miljoen euro op de rekening. “Het gaat om een tiental klanten die de 0,5 procent rente van de ECB betalen”, laat woordvoerder Albin Wantier weten.

“Onze klanten moeten tot nader order geen strafrente betalen bij de depotbanken waar hun cashreserves staan”, laat Kris Hermie van Value Square weten. “Wij werken met KBC als depothoudende bank en tot op heden worden wij niet geconfronteerd met een negatieve rente voor onze klanten”, zegt ook Stefaan Vandenberghe van Truncus. “Maar we hebben ons huiswerk al gemaakt en hebben al alternatieven achter de hand.” Vandenberghe voegt er nog fijntjes aan toe dat beleggen ook geld kost. “Bij cash riskeer je negatieve rente, maar als je het geld zou investeren, moet je ook rekening houden met kosten en belastingen: instapkosten, bewaarkosten, beheerskosten en de nieuwe effectentaks van 0,15 procent voor wie meer dan 1 miljoen euro op een effectenrekening heeft. Het zou zomaar kunnen dat het totaal aan kosten en belastingen hoger uitkomt dan de negatieve rente van 0,5 procent.”

Leren te leven met lage rente

“De ECB-vergadering van 10 juni wordt belangrijk voor de beleggers”, meent Luc Aben, hoofdeconoom bij Van Lanschot. “Het zou kunnen dat de spanningen tussen Noord- en Zuid-Europa weer hoog oplopen en het tempo van de obligatieaankopen vertraagd wordt.”

Dat kan de rente iets hoger sturen, maar Aben ziet nog altijd weinig reden om de polonaise te dansen. “Als de Duitse tienjarige rente bijvoorbeeld van -3 naar -0,15 procent gaat, zou dat een grote beweging zijn. Maar het blijft een renteklimaat waar spaarders niet blij van worden.”

Zelfs in de Verenigde Staten brengen overheidsobligaties met een looptijd van tien jaar nog altijd maar 1,6 procent per jaar op. “Dat renteniveau past niet helemaal bij de economische heropleving en de gigantische investeringen die de Amerikaanse president Joe Biden plant. Het zijn gekke tijden, met moeilijk te interpreteren macro-economische data”, geeft Aben toe. Ondanks het hoge Amerikaanse inflatiecijfer van april moeten beleggers niet meteen een galopperende rente verwachten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content