Thomas Van Craen (Triodos Bank België) is streng voor zijn sector: ‘Banken bevoordelen nog vaak fossiele brandstoffen’

THOMAS VAN CRAEN "De voorwaarden voor duurzaamheid worden alleen maar strenger en de schadelijke alternatieven kunnen gewoon blijven bestaan." © fotografie Franky Verdickt
Jef Poortmans
Jef Poortmans redacteur bij Trends

Ondanks alle duurzaamheidsregels en -labels draagt de financiële sector onvoldoende bij aan de omslag die de economie en de samenleving moeten maken. Erger nog, de oplossing wordt streng gereguleerd, terwijl het probleem ongemoeid wordt gelaten, zegt Thomas Van Craen, hoofd van Triodos Bank België.

Thomas Van Craen kijkt met verwondering naar de paradox van het duurzaamheidsevangelie dat zich de jongste jaren in alle hoeken en kanten van de samenleving heeft genesteld, niet het minst in de financiële sector. “Als je ziet hoeveel producten en diensten in onze samenleving een duurzaam label dragen, terwijl de CO2-uitstoot wereldwijd blijft stijgen, moeten we ons toch afvragen hoe dat komt”, zegt hij. Dat geldt zeker voor de financiële sector. “Daar worden dagelijks miljoenen beslissingen genomen over welke projecten en bedrijven geld krijgen en welke niet. De financiële sector beslist welke veranderingen er komen en waar het status quo in stand wordt gehouden. Al die beslissingen beïnvloeden welke wereld we krijgen.” Maar de financiële wereld kan de maatschappelijke uitdagingen, zoals de klimaatverandering en de sociale ongelijkheid, niet alleen oplossen. “Maar als je me vraagt of onze sector daar voldoende voor doet, dan zeg ik nee”, zegt hij stellig.

Als je wacht op regelgeving, labels en richtlijnen om je gedrag aan te passen, kom je te laat en schiet je tekort

Waar schiet de financiële wereld tekort?

THOMAS VAN CRAEN. “Om enige kans te maken om de klimaatopwarming te beperken tot 1,5 graden moet 85 procent van alle bekende olie- en gasreserves in de grond blijven. Toch vloeit jaarlijks ruim 700 miljard dollar naar fossielebrandstofprojecten. Dat toont de grote kloof tussen wat de wereld nodig heeft en wat de financiële sector doet.”

Sommigen zeggen dat de hoge gasprijzen te wijten zijn aan de jarenlange onderinvesteringen in de infrastructuur, dus dat er te weinig geld naar die sector is gevloeid.

VAN CRAEN. “De geldstromen naar de sector dalen niet, dus trekt hij nog te veel investeringen aan, ten koste van de ontwikkeling van hernieuwbare energie. Banken bevoordelen fossiele brandstoffen ook nog vaak.”

Hoezo?

VAN CRAEN. “In de discussie over de kapitaalregels lobbyden de meeste banken voor lagere kapitaaleisen voor investeringen in duurzame energie, terwijl een pleidooi voor strengere kapitaaleisen voor niet-duurzame investeringen veel logischer zou zijn. Het is niet omdat een project duurzaam is, dat het minder risicovol is en dat je kapitaalbuffer er kleiner voor moet zijn. Maar niet-duurzame activiteiten kun je wel duurder maken door de kapitaaleisen ervoor te verhogen. Wij waren met een minderheid om daarvoor te pleiten. Het is het zoveelste voorbeeld van hoe gevestigde waarden de energieomwenteling willen vertragen.”

THOMAS VAN CRAEN
THOMAS VAN CRAEN “De beslissingen van de financiële sector beïnvloeden welke wereld we krijgen.”© fotografie Franky Verdickt

Wat moet er gebeuren?

VAN CRAEN. “Het huidige economische model is gebaseerd op uitbuiting en extractie van natuurlijke grondstoffen en mensen. Het werkt lineair: ontginnen, verwerken, verkopen en weggooien. Bovendien redeneert het in puur financiële termen. We moeten naar een nieuw economisch paradigma dat regeneratief is, dat ecosystemen beter achterlaat dan bij de aanvang en waarin waardecreatie ook uitgedrukt wordt in niet-financiële termen, zoals gezondheid, weerbare ecosystemen en sociale inclusie.”

Dat is een maatschappelijk, bijna filosofisch debat.

VAN CRAEN. “Ja, dat kenmerkt net de missie van waaruit je moet vertrekken. Het is aan de ondernemers en de bedrijven om hun missie concreet te vertalen in producten en diensten die daaraan bijdragen en waarvoor mensen willen betalen. Dat is de rol van de ondernemer.”

Hoe moeten de banken die rol invullen?

VAN CRAEN. “Ik kan zeggen hoe we dat bij Triodos doen. Onze missie is een betere levenskwaliteit door in te zetten op ecologische en sociale duurzaamheid. Dat beogen we in al onze relaties en daarvoor ontwikkelen we producten en diensten die een positieve impact hebben. Die maken we bovendien aantoonbaar hard met impactanalyses en andere rapporteringen. Onze missie is een hogere levenskwaliteit en ons middel om daaraan bij te dragen is door een bank te zijn.”

Welke concrete instrumenten heeft een bank daarvoor?

VAN CRAEN. “Onze grootste hefboom is onze investerings- en kredietportefeuille. Met onze hypotheekportefeuille kunnen we bijvoorbeeld het verouderde huizenpark in België helpen verduurzamen. Zo zetten we in op cohousing. Op die manier kunnen gezinnen die dat alleen niet hadden gekund, energiezuinig bouwen samen met andere gezinnen. Een ander voorbeeld is de financiering van ondernemingen die zonnepanelen installeren bij gezinnen die daar normaal niet het kapitaal voor hebben, en de opbrengst van die zonnepanelen delen met die gezinnen.”

Het huidige economische model is gebaseerd op uitbuiting en extractie van natuurlijke grondstoffen en mensen. Bovendien redeneert het in puur financiële termen

En hoe kunnen banken die omslag voor bedrijven mogelijk maken?

VAN CRAEN. “Een bank moet vertrekken van de kennis over de verandering die nodig is, en van de kennis van de sector en de technologie van haar klanten. De bedrijven moeten de intentie hebben om die duurzaamheidsomslag te maken. Wanneer wij die intentie duidelijk zien bij onze klanten, we hun businessmodel snappen en de risico’s ervan kunnen inschatten, dan financieren we dat. In de landbouw financieren we bijvoorbeeld bij veel klanten de omschakeling van een industrieel landbouwmodel naar een biologisch of biodynamisch model.”

De financiële sector heeft een vloedgolf aan regelgeving rond duurzaamheid over zich heen gekregen. Helpt dat dan niets?

VAN CRAEN. “Regels of labels proberen een gebroken systeem te fiksen door ondergrenzen te bepalen, maar die leggen de lat zo laag dat iedereen eroverheen kan. De ambitie van de financiële instellingen en de bedrijven moeten verder gaan dan dat. Daarom is het zo belangrijk een missie te hebben. Als je wacht op regelgeving, labels en richtlijnen om je gedrag aan te passen, kom je te laat en schiet je tekort.”

Wat moeten de regelgevers en de toezichthouders beter doen?

VAN CRAEN. “Er moet een duidelijk kader zijn voor wat als duurzaam bestempeld wordt en wat niet. In Europa is de regelgeving daarover volop in ontwikkeling. Die regels zijn er om greenwashing te vermijden, zodat bedrijven geen duurzaamheidsclaims maken die ze niet hard kunnen maken. Maar de nadruk alleen daarop leggen volstaat niet. Dat leidt tot een toenemende regulering voor duurzame financiële producten en diensten, maar zorgt er niet voor dat schadelijke activiteiten minder gefinancierd worden. Naast een duidelijk kader voor wat duurzaam is, verwacht ik van de regelgevers dat ze aangeven wat ze niet meer willen, namelijk een economie die draait op fossiele energie, en dat ze de financiering van dat laatste duurder maken ten opzichte van hernieuwbare energie. Nu zitten we in het tegenovergestelde scenario: de voorwaarden voor duurzaamheid worden alleen maar strenger en de schadelijke alternatieven kunnen gewoon blijven bestaan.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content