ECB laat rente ongemoeid

Het ECB-hoofdkwartier. © reuters

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft donderdag, zoals verwacht, beslist om de rentetarieven te handhaven op de huidige historisch lage niveaus.

Het belangrijkste rentetarief, de herfinancieringsrente, blijft zo op nul, een historisch dieptepunt dat al sinds maart 2016 aangehouden wordt. Dat betekent dat banken gratis geld kunnen lenen bij de centrale bank. De depositorente blijft op min 0,4 procent, waardoor banken geld toeleggen op de middelen die ze bij de ECB stallen.

De beslissingen werden genomen op de eerste bijeenkomst van de 25 leden van de raad van bestuur in het nieuwe jaar. Om 14.30 uur geeft ECB-voorzitter Mario Draghi toelichting bij het rentebesluit. Het bestuur verwacht nog steeds dat de rentetarieven ten minste de hele zomer van 2019 op hun huidige niveau blijven, ‘en in ieder geval zo lang als noodzakelijk is’ om de inflatie naar een niveau net onder 2 procent te brengen.

Bij de vorige bijeenkomst, in december, bevestigde de ECB het einde van het opkooppogramma. Met de beslissing zette de ECB de figuurlijke geldpers stop. Op het hoogtepunt kocht de instelling uit Frankfurt maandelijks 60 miljard euro op. Het programma startte in 2015: Draghi wilde zo miljarden in de Europese economie pompen om die aan te zwengelen en de inflatie aan te jagen.

De ECB blijft er donderdag ook bij om de opbrengsten van het opkoopprogamma (obligaties die vervallen) te herinvesteren. De ECB zegt de aflossingen op effecten die de vervaldatum hebben bereikt, volledig te blijven herinvesteren, en dat ‘geruime tijd’ voorbij het moment waarop de centrale bank de rente begint te verhogen.

In zijn toelichting bij het rentebesluit zei ECB-voorzitter Mario Draghi dat er een grotere kans is op een economische neergang in de eurozone. ‘De hardnekkigheid van onzekerheden met name wat betreft geopolitieke factoren en de dreiging van protectionisme wegen op het economische sentiment’, aldus de Italiaan die daarmee verwijst naar de brexit en de handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China. Daarnaast spelen ook ‘zwakheden in groeimarkten en volatiliteit op de financiële markt’ mee. ‘Een significante monetaire stimulus blijft noodzakelijk.’

Partner Content