Bankenunie niet voldoende

© REUTERS

Hoewel de notie van een bankenunie al voldoende was om de Europese bankaandelen te doen herstellen, is een dergelijke unie lang niet voldoende om de eurozone uit het moeras te halen.

Het samensmelten van de bancaire markten van alle lidstaten van de eurozone zou zeker zijn voordelen hebben, in het bijzonder voor de zwakke landen. Indien een bankenunie wordt opgezet, zouden alle lidstaten gezamenlijk verantwoordelijk worden voor alle banken in de eurozone. Concreet betekent dit dat een land als Spanje plots niet meer alleen zou staan in zijn poging om de noodlijdende regionale spaarbanken – de caja’s – te herkapitaliseren. De geschatte kost van 45 miljard euro zou dan verdeeld worden over alle lidstaten. Meteen zou de druk op Spanje vanwege de financiële markten een stuk lichter worden. De druk op Duitsland wordt dan wel weer groter, omdat het land dan niet meer enkel moet instaan voor zijn eigen banken.

Tegelijkertijd betekent een bankenunie ook dat het spaargeld bij elke bank van “Europees” recht voortaan gegarandeerd wordt door alle lidstaten van de eurozone. Gedaan met de onzekerheid rond wie wat terugbetaalt in geval van een bankfaling. Dit zou meteen ook een groot deel van de huidige vlucht van spaargeld uit Spaanse banken stoppen. Niet alles, omdat sommige spaarders ook vluchten voor een mogelijke uitstap uit de eurozone (en niet alleen voor een bankfaling).

Daarmee raken we ook meteen een teer punt in de huidige plannen, namelijk dat een bankenunie lang niet voldoende is om de huidige eurocrisis aan te pakken. De eurocrisis is immers niet alleen een bankencrisis, maar ook een landencrisis. Om de resterende kredietwaardigheid van landen als Spanje en Italië te beschermen, dient de eurozone omgevormd te worden in een volwaardige politieke en budgettaire unie. Euro-obligaties vormen een essentieel onderdeel van een dergelijke unie, maar zijn opnieuw niet voldoende. De Duitse weerstand tegen euro-obligaties is dan ook begrijpelijk. De druk op landen als Italië en Spanje kan wegvallen indien zij terug aan lagere interestvoeten kunnen lenen via de euro-obligaties (die gegarandeerd worden door alle lidstaten).

De politieke en budgettaire unie zou garanderen dat alle landen zich aan de spelregels houden, namelijk het afbouwen van de staatsschuld, het respecteren van een budgettaire norm (bijvoorbeeld een maximaal tekort van 3% van het bruto binnenlands product), en het in stand houden (of herstellen) van de competitiviteit van elke economie in de eurozone. Al deze elementen werden tijdens de eerste tien levensjaren van de euro met de voeten getreden door de landen die vandaag in de problemen zitten.

Het scenario van een politieke en budgettaire unie is wenselijk, maar is ze ook haalbaar? Zoals professor Paul De Grauwe correct aanhaalde in een recent interview zijn we in Europa niet gewend om tegen de klok te werken, maar eerder stap voor stap ons doel te bereiken. Het ritme kan dan wel opgedreven worden, maar niet snel genoeg. Dit maakt dat een nieuwe interventie van de Europese Centrale Bank, om via kredietverstrekking aan de banken de overheidsrentes naar omlaag te halen, noodzakelijk. Op die manier krijgen de Europese politici (even) de tijd om ons op de weg van een dergelijke unie te zetten. De politieke wil is er in de meeste landen, en mits een strikte begrotingsunie kan wellicht ook Duitsland overgehaald worden.

Deze tekst is een onderdeel van de rubriek “Obligaties & munten” die niet meer in de papieren versie van het magazine Trends verschijnt na de integratie van het financiële magazine MoneyTalk.

Mathias Nuttin

Twitter: @MathiasNuttin

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content