Bacquelaine ziet in Oeso-rapport signaal om verder te hervormen

© belga

Belgisch minister van Pensioenen, Daniël Bacquelaine, ziet in het recente rapport van de Oeso het bewijs dat de pensioenen verder moeten worden hervormd. De hervormingen die de regering-Michel de jongste tijd doorvoerde, passen volgens de Franstalige liberaal in dezelfde logica.

Uit het rapport van de Oeso (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) blijkt dat de Belg nog altijd jong op pensioen gaat, zeker in vergelijking met de rest van de industriële wereld. Gemiddeld stoppen de Belgische mannen op 61,3 jaar met werken, bij de vrouwen ligt de effectieve pensioenleeftijd op 59,7 jaar. Dat is bij de jongste van alle Oeso-landen, maar Bacquelaine wijst erop dat er al vooruitgang is geboekt. In 2014 lag de effectieve pensioenleeftijd op 59,9 jaar bij de Belgische mannen en op 59,2 jaar bij de vrouwen.

De Oeso beveelt de industrielanden aan om te blijven hervormen. Mensen worden immers alsmaar ouder en om hen nog een correct pensioen te kunnen geven, moeten ze langer aan het werk blijven, klinkt het. ‘Die vaststelling komt perfect overeen met de belangrijkste doelstelling van ons beleid’, aldus Bacquelaine.

De minister wijst er nog op dat de regering de levensvatbaarheid van het pensioensysteem voor de toekomstige generaties garandeert, waarbij tegelijk ook de koopkracht voor de huidige gepensioneerden wordt gevrijwaard.

Partner Content