Karel Anthonissen

‘Wat als we van onze gemeentes bedrijven maken?’

Karel Anthonissen Gewestelijk directeur bij de BBI

De gemeentebesturen zitten krap bij kas. Met de op til zijnde verminderingen van de personenbelasting wordt dat nog krapper. “Ze staan voor een pijnlijke keuze”, schrijft Karel Anthonissen, directeur van de Bijzondere Belastinginspectie ‘met verlof’.

Met uitzondering van De Panne, Knokke-Heist en Koksijde vragen alle gemeenten een toeslag op de personenbelasting, een ‘opcentiem’ in het officiële taalgebruik. Gemiddeld is dat ruim 7 procent. Als de personenbelastingen een miljard minder opbrengen, verliezen de gemeenten dus 70 miljoen euro.

De gemeentebesturen staan voor een pijnlijke keuze: bijkomende belastingen of bijkomende bezuinigingen

De gemeentebesturen staan voor een pijnlijke keuze: bijkomende belastingen of bijkomende bezuinigingen. Sommige gemeenten hebben een minder pijnlijke oplossing gevonden. Zij halen het geld waar het gemakkelijk te vinden is, bij de btw.

Voor de btw zijn overheden normaal eindverbruikers zoals u en ik. Op een nieuw brandweergebouw of op nieuwe auto’s voor de politie betalen zij ook 21 procent btw. Bij elke overheidsaankoop rinkelt de kassa van de federale minister van Financiën.

Maar als we van onze gemeente nu eens een bedrijf maken? Dan kunnen we net als andere bedrijven de btw op aankopen aftrekken. Het Vlaamse Gemeentedecreet geeft steden en gemeenten de mogelijkheid een autonoom gemeentebedrijf (AGB) op te richten. Vlaams volksvertegenwoordiger en burgemeester van Oudenaarde Marnic De Meulemeester (Open Vld) ondervroeg minister van Binnenlands Bestuur Liesbeth Homans (N-VA) daarover. Er was ongerustheid gerezen nadat de Bijzondere Belastinginspectie het AGB van een West-Vlaamse stad een btw-correctie had opgelegd, met een grote boete. De minister noemde het een eenmalige zaak en gaf een ‘geruststellend’ antwoord.

Er zijn zeker gemeentebedrijven waar de in- en uitgaande rekeningen van de btw met elkaar in overeenstemming zijn. Er zijn er ook andere. De gesofistikeerde fiscale planning, die bij de multinationals begon, heeft nu onze lokale besturen bereikt. Onze fiscus is zelfs mild in dat opzicht: men mag een minder belaste weg kiezen, maar men mag niet overdrijven. De wet formuleert het als volgt: Voor de toepassing van dit Wetboek is er sprake van misbruik wanneer de verrichte handelingen resulteren in het verkrijgen van een fiscaal voordeel waarvan de toekenning in strijd is met de doelstelling beoogd in dit Wetboek en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en die handelingen in wezen het verkrijgen van dit voordeel tot doel hebben (art. 1, § 10, W.BTW).

Het wezenlijke doel van de btw-wet is dat een bedrijf dat uit een ‘economische activiteit’ toegevoegde waarde schept daarop ‘omzetbelasting’ betaalt. Voor gemeentelijke bedrijvigheden, zoals een sporthal, is er vaak het verlaagde tarief van 6 procent, als men kiest voor het btw-stelsel.

Een voorbeeld. Een AGB heeft voor 100.000 euro aankopen met 21 procent btw (21.000 euro) en voor 100.000 euro aankopen met 6 procent btw (6000 euro) gedaan. Daar voegt het voor 100.000 euro ‘eigen’ waarde aan toe. Die toegevoegde waarde komt overeen met de lonen, intresten, huurgelden en al dan niet een stukje winst of verlies. Op de verkoopwaarde of de omzet van 300.000 euro is er 6 procent btw (18.000 euro). Dit bedrijf krijgt 9000 euro btw terug (21.000 + 6000 – 18.000). Dat is in lijn met het doel van de wet. In feite krijgt men 15.000 euro terug van de aankopen van 21 procent en betaalt men daarmee ook de ‘eigen’ btw van 6000 euro op de ‘eigen’ toegevoegde waarde. Ondanks de teruggave is er waarde toegevoegd waarop btw gerekend wordt. Zo hoort het.

Het kan niet de bedoeling zijn vele miljoenen van de gemeentekassen over te hevelen naar de rekeningen van Juncker of Van Overtveldt

Er zijn evenwel gemeentebedrijven die de volledige werking financieren met subsidies of het bijpassen van het tekort. Sommige betalen de lonen van het personeel recht uit de kas van de gemeente. Dan is er geen ‘toegevoegde waarde’ en wordt alle of bijna alle btw op de aankopen teruggevraagd. Dan moet iemand durven te zeggen dat ‘btw’ niet staat voor ‘betoelaging van de toegevoegde waarde’. Normaal is niemand vragende partij om onder de btw-regeling te komen. Vraag het maar eens aan een advocaat, die er sinds 1 januari 2014 ook onder valt. Met dezelfde cijfers als in het voorbeeld betaalt die nu 36.000 euro btw meer dan voordien. Hij vindt het vast niet prettig te vernemen dat het gemeentebedrijf zijn bijdrage ‘recupereert’.

Ik wil ook een beetje ‘geruststellen’. Het kan niet de bedoeling zijn vele miljoenen van de gemeentekassen over te hevelen naar de rekeningen van Juncker of Van Overtveldt. Maar soms zal een correctie niet te vermijden zijn. Op uitnodiging van de Vlaamse Vereniging van Steden en Gemeenten (VVSG) heb ik iedereen voorgesteld ‘goed in ‘t eigen hert te kijken’. Als we wat willen doen aan de fiscale constructies van de multinationals, dan moeten we ook onze btw-constructies ter discussie te stellen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content