Topfiscalisten nemen belastingbrief onder de loep: ‘Ook de ambtenaren kunnen niet meer volgen’

Michel Maus © Belga

Eind deze maand loopt de deadline af om je belastingbrief op papier in te vullen. Jef Wellens, fiscaal jurist bij Wolters Kluwer, en de fiscale advocaten Michel Maus en Jan Tuerlinckx nemen daarom de belastingbrief onder de loep.

Er is al veel inkt gevloeid over de wildgroei van codes in de belastingaangifte. De belastingbrief voor dit aangiftejaar telt 810 codes, of 38 meer dan vorig jaar. “Ik kan zo voorspellen hoeveel nieuwe vakken de belastingbrief volgend jaar zal tellen”, gekscheert fiscaal advocaat Jan Tuerlinckx. “Daarbij spelen drie factoren. De eerste factor is een constante: er komen elk jaar 10 procent vakken bij. Dan zijn er twee variabele factoren. Ten eerste: hoe groter het overheidstekort is, hoe meer vakken erbij komen. Ten tweede: hoe meer bevoegdheden worden overgeheveld van de federale overheid naar de gewesten, hoe complexer het wordt.”

De meeste belastingplichtigen gebruiken twintig codes of minder. Is het dan zo’n probleem dat het aantal codes jaar na jaar stijgt?

JEF WELLENS. “Minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) verkoopt die 38 nieuwe codes, zoals de belastingvermindering voor starters, als goed nieuws. Maar het gros van die nieuwigheden is toe te schrijven aan de complete versnippering van de hypotheekfiscaliteit tussen de federale overheid en de gewesten. Dat is een gevolg van de zesde staatshervorming. Veel nieuwe codes zijn enkel relevant voor de inwoners van één gewest.”

MICHEL MAUS. “Het systeem is zo onlogisch dat niemand het nog snapt. Stel dat je in Vlaanderen woont en een chalet in de Ardennen hebt. Je hebt extra dakisolatie geplaatst op het dak. Ik denk dat veel Vlamingen denken dat het Waals Gewest daarvoor een belastingvermindering moet toestaan. Dat is niet zo: het Vlaams Gewest moet die geven voor een uitgave aan een woning in Wallonië. Echt gek is dat.”

WELLENS. “De jaarlijkse wijziging van rubrieken is een groter probleem dan de stijging van het aantal codes. Hoe vul jij je belastingaangifte in? Je neemt de aangifte van vorig jaar en je kopieert die. De meeste belastingplichtigen die zelf hun aangifte invullen, doen dat zo. Het vak voor de woonkredieten is nu voor het tweede jaar op rij drastisch gewijzigd. Dat is absurd, want het gaat om de belangrijkste fiscale uitgave die Belgen hebben. Vanaf volgend jaar wordt het nog ingewikkelder, want zowel Vlaanderen als Wallonië wijzigt alweer zijn woonbonus voor nieuwe leningen. Dat aangiftevak is volledig out of control.”

JAN TUERLINCKX. “Hoe meer vakken, hoe groter de foutenmarge. Op dit moment krijgt iedere belastingplichtige dezelfde aangifte. Zou het geen begin van vereenvoudiging zijn minstens die codes weg te laten die geografisch niet van toepassing zijn op de belastingplichtige? Op die manier hoeft de belastingplichtige geen voetnoten te lezen om precies te weten welke codes op hem betrekking hebben.”

Nauwelijks 1 miljoen Belgen vullen hun belastingaangifte op papier in. De overige 5,7 miljoen gebruiken Tax-on-web of krijgen een vereenvoudigde aangifte. In Tax-on-web is zo goed als alles vooraf ingevuld. Handig, toch?

MAUS. “Dat op Tax-on-web al veel codes ingevuld zijn, is alleen goed als het systeem doorzichtig is en iedereen het gemakkelijk kan controleren. Maar het is zo complex geworden dat niemand het nog snapt. Ik ben radicaal tegen die vereenvoudigde aangifte. Je wordt daar dom door. Het is zoals het volgen van een gps. Zo blijkt dat 95 procent van de belastingplichtigen die ingevulde aangifte zomaar aanvaardt.”

TUERLINCKX. “Je moet ook zien wat er vooraf is ingevuld. Het gaat om inkomensgegevens en eenvoudige aftrekposten. De maximale belasting is ingevoerd in het systeem, maar de belastingplichtige krijgt geen begeleiding om na te gaan wat hij nog kan aftrekken of hoe hij zijn belastingen kan optimaliseren.”

MAUS. “Ik ben er rotsvast van overtuigd dat als je een grootschalige controle zou doen van alle aangiftes, er veel belastingbesparingen niet worden toegepast. Elke leraar bijvoorbeeld kan in principe een stuk van zijn woning fiscaal inbrengen als beroepskosten.”

WELLENS. “Iedereen die aan telewerken doet, gebruikt daarvoor een deel van zijn woning. Dat deel van de woning is federale bevoegdheid, terwijl het andere deel een gewestelijke bevoegdheid is. Dat was voor de staatshervorming geen issue.”

WELLENS. “Tax-on-web biedt geen enkele hulp bij de aangifte van woonkredieten. Van het plan van de minister van Financiën om intresten en kapitaalaflossingen automatisch op te nemen in de elektronische aangifte, is niets in huis gekomen. Die materie is zo complex geworden dat die bedragen nooit correct, laat staan optimaal vooraf kunnen worden ingevuld. Vroeger was er een module die automatisch berekende hoe leningsuitgaven het beste werden aangegeven voor een maximale belastingbesparing, maar die is uit Tax-on-web verwijderd. Door de wildgroei aan federale en gewestelijke stelsels valt die module niet meer te programmeren. Dat gaf de minister onlangs zelf toe.”

Is het de taak van de overheid om ervoor te zorgen dat de belastingplichtigen manieren vinden om minder belastingen te betalen? De fiscus redeneert misschien: hoe meer inkomsten voor de overheid, hoe beter.

TUERLINCKX. “Je hebt het recht om de meest optimale en correcte belasting te betalen. Stel dat een belastingaangifte ter goeder trouw een aangifte indient. Is het dan geen regel van behoorlijk bestuur dat de fiscus de voor de belastingplichtige zo correct mogelijke belasting probeert te heffen?”

MAUS. “Dat doet de fiscus ook in sommige omstandigheden. Als je bijvoorbeeld je werkelijke beroepskosten bewijst en het blijkt dat het kostenforfait hoger is dan het aangegeven bedrag aan kosten, zal de fiscus zelf het forfait toepassen, omdat dat voordeliger is voor de belastingplichtige. Voor de woonfiscaliteit gebeurt dat niet. Dat is slecht nieuws voor al die belastingplichtigen die een beroep doen op ambtenaren om hun aangifte te laten invullen. Er is geen volledige zekerheid dat die 100 procent correct is.”

WELLENS. “Er gebeuren veel fouten bij het invullen van de aangifte, ook door belastingambtenaren. Er zijn ook voorbeelden van aangiftes die na de indiening door de ambtenaar worden gewijzigd, omdat hij niet weet dat er mogelijkheden zijn om woonleningen te optimaliseren. Zo leeft het idee dat de vermindering voor bouwsparen voor leningen van vóór 2005 en de woonbonus niet samen kunnen gaan. Maar dat kan wel.”

TUERLINCKX. “In veel gevallen is de wetgeving niet alleen te technisch geworden voor de belastingplichtige, maar ook voor de belastingadministratie zelf. Behalve in de personenbelasting doen wij ontzettend veel moeite om mee te zijn in de vennootschapsbelasting, maar voor de ambtenaren is ook die wetgeving te complex om te volgen. Bijgevolg heeft de overheid een nadeel in zijn controle tegenover belastingplichtigen die wel een beroep kunnen doen op fiscale experts die alles van A tot Z kennen. Daar schieten we niets mee op. Het verveelt de belastingplichtige en het is niet efficiënt voor de overheid.”

De federale overheidsdienst Financiën publiceerde onlangs een top vijf van de meest gemaakte fouten in de belastingaangifte. Op nummer één stond: “Vergeten bepaalde inkomsten aan te geven”.

MAUS. “Het verbaast me dat de woonfiscaliteit pas op de derde plaats staat in de top vijf van de meest gemaakte fouten, en dat er meer fouten zijn gemaakt bij de aangifte van giften.”

Zouden alle belastingplichtigen die inkomsten echt vergeten aan te geven?

MAUS. “Het kan bijvoorbeeld gaan om roerende inkomsten uit het buitenland die vergeten zijn.”

WELLENS. “Of het kunnen inkomsten uit de deeleconomie zijn, zoals uit de verhuur van woningen en appartementen via Airbnb, die stilaan bekend worden bij de fiscus.”

Partner Content