Moet je altijd drie jaar tussenlaten bij een schenking?

© Getty Images/iStockphoto

Bij het schenken van een onroerende goed laat je best altijd 3 jaar tussen, terwijl dat bij roerende schenkingen niet echt hoeft. Maar hoe zit dat als je een onroerende schenking doet na een roerende of omgekeerd?

Drie jaar bij onroerend

Om een onroerend goed te schenken moet je naar de Belgische notaris en moet er sowieso schenkbelasting betaald worden, die ‘progressief’ is. Hoe meer je dus schenkt, hoe duurder het wordt. Om deze opklimmende tarieven te doorbreken, wordt onroerend goed in de praktijk dikwijls ‘in stukjes’ geschonken.

Maar onroerende schenkingen die gebeuren met een tussentijd van minder dan drie jaar, worden echter voor het tarief beschouwd als één en dezelfde schenking. Wie dus wil schenken in schijfjes om zo telkens terug in de laagste tarieven te vallen moet dus minstens drie jaar tussen elke schenking laten.

Geen drie jaar bij roerend

Die drie jaar speelt niet voor roerende schenkingen die geregistreerd werden en waarop dus schenkbelasting betaald werd. In de drie gewesten kan dat immers tegen een vlak of vast tarief van 3 procent (3,3 procent in Wallonië) voor schenkingen ‘in rechte lijn’ (ouders, kinderen en echtgenoten of wettelijk samenwonenden).

Dat is uiteraard het geval als je een roerende schenking doet voor een Belgische notaris, maar bijvoorbeeld ook voor een hand- of bankgift die je vóór het overlijden registreert op het registratiekantoor. Hier kan je dus bij wijze van spreken elke maand of elk jaar schenken.

En gecombineerd?

Maar speelt de drie jaar soms ook als je een onroerende schenking doet na een roerende of omgekeerd? Nee, want de drie jaar speelt enkel bij onroerende schenkingen waar geen 3 jaar tussen is. Bij een onroerende schenking (bijvoorbeeld een grond) na een roerende (bijvoorbeeld geld) of omgekeerd speelt de drie jaar dus niet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content